In Montreuil sur Mer. Dat overigens niet aan zee ligt maar ooit handelsplaats was aan de Canche. Waar een, waarschijnlijk ooit in de zeventiger jaren, hip café drijft op de nostalgische vergane glorie. Waar de plaatselijke middenstand oftewel met oordoppen in, zich buigt over de mobiele telefoon, of met de armen gekruisd, stuurs voor zich uitstaart. Het nodigt niet uit om binnen te komen. Wat me overigens ook opviel tijdens de bezoeken aan de brocantes, ze doen niet hun best om van hun spullen af te komen. Alsof het maar bijzaak is om daar te zijn en dat ze eigenlijk wel iets beters te doen hebben, dat dan ook blijkt tegen lunchtijd want dan worden er tafeltjes tevoorschijn getoverd tussen en tegenover de kramen en die worden gevuld met du vin, du pain, du boursin et du plaisir. Het échte leven is dus toch eten drinken en samenzijn. Lopend over de vestigingsmuren rondom het stadje heb je prachtig uitzicht. Een deel van de gedempte gracht heeft plaats gemaakt voor bijenteelt en tennisbanen. En een van de talrijke kerken is in gebruik genomen door de brandweer en overal zijn prachtige oude details in ramen, deuren en bestrating te vinden. De café’s hebben tegenwoordig naast vin rouge, pastis en café creme, ook thé infusion en décafe in alle soorten en maten dus kan ik verantwoord bewust kiezen al naar gelang het petje staat. Want na al die jaren trouw Frankrijk bezoeken druipt de nostalgie ook in mijn aderen. En dan smaakt een pastis op een onvervalst Frans terras aan een marktplein als afsluiting van een mooie zondagmiddag opperbest.