Dankbare spiegels

Ik schrijf een bericht aan mijn tante in Zwitserland, de jongere zus van mijn moeder en dan loopt dit uit mijn pen.
Onderweg naar huis van mijn werk ben ik gestopt voor een koffie.
Het is berekoud buiten, als ik thuis kom moet ik eerst hout hakken en het huis opwarmen, er is ook een gaskachel en ik heb een zibrokamin (petroleumkachel), dan zijn de woonkamer en keuken aangenaam, maar de rest van het huis blijft koud, koud en vochtig. Hier zit ik lekker warm, in zo’n la Place zelfbedienings restaurant. Ook al zit ik hier de hele dag, niet gauw zal iemand me er op aanspreken of vragen of ik nog een consumptie wil😂
Dinsdag was ik bij mijn moeder, ze was wat afwezig en niet fit, dat wisselt nogal. De mondhygiënist kwam om metingen te doen in haar kaak. Ze heeft flinke ontstekingen tot in het bot bij twee implantaten. Niet zo best. We horen nog van de tandarts wat het behandelplan wordt.
Ze gaat wel snel achteruit, maar ze blijft positief naar haar omgeving, vergeet wat meer en haalt dingen door elkaar. In haar hoofd wandelt ze nog steeds door de tuin en geeft de planten water. Ze is er van overtuigd dat ze 2x per dag poetst, de verpleging staat nu naast haar om haar te laten poetsen met antibacteriële tandpasta, maar na drie halen over haar gebit is ze klaar. Wat wil je ook, ze moet het linkshandig doen, als rechtshandige, want haar rechterarm doet het niet meer. Hoe leer je poetsen met je andere hand als 90 jarige?
Wat is wijsheid?
Ze kan nu een staaroperatie krijgen want het vocht achter haar oog is weg. Dan redden ze haar goede oog, de linker, met rechts ziet ze nauwelijks door beschadigd netvlies. Misschien kunnen ze de kaakontsteking een halt toeroepen zonder operatie, maar ze moet wel blijven poetsen….
Zo lastig. Ik geef de zorg zoveel mogelijk terug aan het zorgcentrum zodat ik meer ruimte heb voor qualitytime met mijn moeder. Ruimte voor hartsverbinding en zielen contact. Als we een rondje wandelen, een kopje koffie drinken of een bakje soep eten, er even uit zijn. Steeds vaker met langere stilte momenten. Samen zijn. Zijn.
Niet mijn best doen om het gezellig te maken.
We hebben familieoverleg volgende week, over de gezondheid van mijn moeder. Taken verdelen, praktische dingen en mijn broer en zus om steun vragen, mentale steun.
Mijn onrust heeft hier zoveel mee te maken. Ik wil niet dat het eindigt. Dat besef ik maar al te goed. De navelstreng is niet weg. Die onzichtbare moeder dochter verbinding. Dat voelen mag. Het verdriet er laten zijn. De angst eronder voor het alleen zijn. Weten dat ik haar niet kan redden niet hoef te redden. Weten dat dat zo in mij zit, willen redden, beschermen, opzij gaan, inleveren.
Dat het tijd is om mezelf te redden, voor mezelf te gaan staan, mijn ruimte in te nemen. Trouw zijn aan mezelf. En te voelen, te voelen, mezelf te voelen. Die ander voelen dat  weet ik nu wel, niet meer als een kameleon een jasje aantrekken dat me niet past. Maar mijn eigen jas dragen. Trots en kwetsbaar mezelf zijn. Ik ben ok.
Mijn moeder heeft geen schaamte over hoe ze eruit ziet, wat ze doet of zegt. Zo’n grote prachtige dankbare spiegel. Schaamte is een groot ding in het leven van ons allemaal.
Ik volg een korte clownstraining. Dat is echt leuk. Hoezo de schaamte voorbij?
De clown zit in het hier en nu en is een en al nieuwsgierigheid. Alles is interessant. Dan komt mijn speelse kind boven en kan ik ontspannen in het spel. Er is altijd een verbinding met het publiek, zonder kan de clown niet. Ik doe het vooral voor mezelf, maar wie weet als ik verder wil, later als ik groot ben, kan ik altijd nog contactclown worden. Naast al die andere dingen😂
Volgende week mogen we een berg kleding meenemen. Daar zie ik naar uit. Ik ben dol op verkleedpartijtjes. De herinneringen borrelen boven van spelen met mijn poppen, tenten bouwen onder de tafel en een koffer vol kleren. De fantastische vermommingen tijdens Koninginnedag. Een grasspriet, een spook, een hippie, je kunt alles zijn. En wat voor een clown ben ik dan? In ieder geval een lieve. Dat heb ik al mogen incasseren met een eigen clownsloopje. Incasseren is ook inherent aan de clown.
Ondertussen wacht ik vol ongeduld op de lente. Als de mondhygiënist al lang weg is en de beschermende pasta op mijn moeders gebit ingewerkt, snoepen we samen van de heerlijke leckerli die mijn moeders zus opstuurde in een prechtige trommel voor de 90e verjaardag van mijn bijzondere mama.
09-03-2023 ©

Meebewegen

Er wacht een mooie ruime hotelkamer met een prima bed, geen balkon maar daarvoor in de plaats een heus terras achter de openslaande deuren.
Laat nu die zon maar komen dan zit ik morgenochtend buiten met een koffie op dat terras.
Onderweg een korte stop in Ouddorp en in Renesse zeehonden spotten. Vakantie begint met de voorpret tijdens het inpakken van de koffer, daarvoor wellicht al, met het kopen van een ochtendjas en dan de rolkoffer tevoorschijn halen. Hoelang ligt die al op zolder? Er zitten boeken is. Grote zware boeken nog van de verhuizing. Die mogen naar iemand die er blij van wordt. Een boek over shiatsupunten, een compleet naslagwerk en een boek van Carel Willink de schilder.
De vakantie begint echt op het moment dat de voordeur dichtklikt in het slot. Dag huis.
Anders dan verwacht of gehoopt valt er vanmorgen natte sneeuw uit de hemel en is de lucht een groot ondoordringbaar grijs.
De bijna, nog net niet, eerste bloesem van de sleedoorn, blijft vandaag dicht. Die eerste voorjaarstekenen, met het langer licht worden, vogels in het ochtendwaken en bij vallen van de nacht. Gisteren kleurde de hemel donkerblauw met slierten oranje en zware wolken. Verandering voelbaar al in de lucht.
Mijn nacht was onrustig, mijn lichaam strak en gespannen. Het klopt in mijn nek. Ook al heb ik gisteren na het eten gezwommen en plaats genomen in de sauna. De ontspanning blijft uit. Ontrafelen kost tijd. Het diner was heerlijk, bietenhumus vooraf, zeebaars als hoofd en framboos met chocolade toe. Misschien heb ik te veel gegeten, te zout, te zoet. Misschien was het de wijn. Misschien heb ik te veel mijn best gedaan. Misschien had ik mijn mail niet moeten lezen. Mijn hoofd gaat aan. Werk. Onrust. Dat is er. Me er zorgen over maken. Dit is er. Dat toelaten. Zorg. Over van alles. Terwijl zorgen maken niet helpt. Over wat dan ook.
Wonen, werk, geld, relaties, familie, spanning, gezondheid. Je kunt je over van alles druk maken. Het lost niets op.
Ik sta op, het is al lang licht en ik slaap al lang niet meer. Ik rek zacht alles wat gerekt wil worden en haal daarbij rustig en diep adem. Zachte vloeiende bewegingen. Meebewegen met waar het lichaam naar toe wil. Zo in het leven meebewegen. Weten, nu nog toelaten. Meebewegen.
Het ontbijtbuffet is rijk en volledig. Vers brood, broodjes, croissants, crackers, koek, zoete broodjes, beleg, ei, roerui, worst, spek, poffertjes, yoghurt, vruchten, fruit, muesli. Koffie, thee, sap. Veel. Name it en het is er.
We ziten vlakbij de koffietap, daar is een stroom van mensen, een stroom van energie, ik voel hoe mijn lichaam reageert. Ik word warm en mijn spieren verstrakken. Ik wil ergens anders zitten stel ik voor. Achterin, uit de stroom.
Daar zak ik in de stoel en eet de rest van mijn ontbijt. Croissantje, jus, ei en muesli.
Het hotel is prachtig. Groot, ruime kamers, mooie lobby. Het restaurant is recent gerenoveerd. Stijlvol, kleurrijk. De keuken is goed. Het personeel vriendelijk. Van mij mag de muziek uit. Behang. Wat is dat toch dat bijna overal geluid is, muziek. Kunnen we niet meer in stilte zijn? In openbare ruimtes, winkels, zomaar op straat, in een galerij. In elk restaurant. Is er ruis. Gelukkig nog niet in de bibliotheek, wachtruimte bij de dokter, ziekenhuis, maar bij de tandarts van mijn moeder galmt de bas als je in de stoel ligt. Voor mij hoeft het niet. Lekker stil. In mijn cursus valt de stilte als iedereen zich over haar en zijn werk buigt. Concentratie. Soms is daar een opmerking over. ‘Wat is het stil.’ ‘Ja, fijn hè.’ De ene groep is de ander niet. Het koffiemoment voor de groep die gezellig wil kletsen en de toewijding waarmee gewerkt wordt. Het een sluit het ander niet uit. Ik manoeuvreer tussen uitersten.
Ik weet al lang wat ik wil. Nu nog de volharding.
Na het ontbijt zak ik terug in dromenland. Terwijl ik ontspan pakt een hand mijn hand. Ik glijd weg gesteund door onzichtbare draden. Drie witte veren, drie eenheid vallen in mijn hand. Een schedel en botjes. Geen idee welk dier het is. Een open graf op het strand.
We lopen lang, langs het strand, de duinen, door het bos, het dorp door. Burgh, daar is een bakker. Ik koop chocolade eitjes met allerlei vullingen. Verder is er niet veel in Burgh, de plaatselijke middenstand is uitgedund. Verhuisd, overleden, ingekrimpt. Wellicht heeft de komst van de AH nog een duit in het zakje gedaan. Machtig groot marktaandeel. Geen horeca. Wel in Haamstede maar dat is één brug te ver. Al te lang gewandeld, zware voeten, enkels, benen.
Een stukje terug zit een restaurant Zeebinkie. Daar eten we een hapje. De vermoeidheid zakt erin. Het is genoeg voor vandaag.
In de lobby zak ik in een fauteuil. Het is genoeg. De zilte zeelucht. Het zacht wiegen van de zee. Weten wat ik wil.
Van een afstand kijk ik mee over mijn schouder. Meebewegen. In een koker van licht plaats ik mezelf en laat het stromen.
28-02-2023

Scharrelen

Een konijn scharrelt, kan dat, een scharrelend konijn, kippen scharrelen, konijnen niet, die  hippen, van de ene plek naar de andere, kriskras door de tuin.
Waar eerst de zon scheen begint het nu te regenen, zachtjes, een windvlaag doet de takken schudden en het konijn hipt haastig  op zoek naar een plek om te schuilen,
Daar bovenop volgt een hagelbui, kort, fel, takken vallen uit de bomen. Lentewind ruimt op. De wolken schuiven. Daar is de zon alweer. Kan ik mijn wandelschoenen pakken straks, als ik klaar ben met mijn opdracht voor vandaag. Wat teksten aanpassen en dan pantoffels kopen voor mijn hotelbezoek komende week.
In de schoenenwinkel wacht een vriendelijke verkoopster, die behulpzaam meedenkt en zoekt, zonder opdringerig te zijn. Ze zijn er nog. Aan de overkant vangt een lingeriewinkel me op met open armen. Scharrelen tussen de rekken. Spullen, soms onweerstaanbaar lekker om je daarin te wentelen. Dus kom ik met twee tassen vol terug en kan ik met mijn nieuwe outfit netjes in het hotel heen en weer lopen tussen zwembad, sauna, kamer, eetzaal. De voorpret is begonnen. Alleen dat is al een feestje.
De zon draait. Een veluws biertje in het pannenkoekenhuis in het bos. Dit is het dus.
Wat? Zitten en schrijven wat er opkomt eruit wil. Tijdens het wandelen vertragen. Stoppen, luisteren, stilstaan, met mijn gezicht in de zon. Zintuigen openzetten. Adem in, adem uit. Gronden. Langs de energiepunten, waarnemen, neem waar. Leeg. Vertragen.
Het is geen zwaar bier, maar de alcohol komt evengoed hard binnen. Net als de herinneringen die daaraan gerelateerd zijn.
In de trein, op het strand, op de ferry, in de pub, aan de keukentafel, in de gang, bij zijn moeder, op de zolder, in het park, café, concert, bij familie, tijdens het liften, in Londen. Alles wat weggedrukt is komt huizenhoog als een vloedgolf over mij heen.
Het slaat vast tussen mijn schouderbladen en de tranen duwen tegen mijn oogleden, mijn mond verstrakt, mijn onderrug steunt, help roept het. Houdt mij vast. En dat doe ik. Niet om vast te houden, weg te drukken, maar om te omarmen. Kom maar. Ik zal er voor je zijn.
Vergeven is niet genoeg. Vergeven heb ik in mijn hoofd menigmaal herhaald. Verstandelijk dus, mijn denken begrijpt het. Het hoofd wil altijd oplossingen zoeken. Hiervoor zijn geen oplossingen. Dit is rauw en schuurt. Mijn lichaam wil voelen, openen, inademen, verzachten, stromen, niet begrijpen, maar zijn. Verdriet mogen voelen, de pijn voelen, huilen. Mogen voelen. Vooral dat. Niet sterk zijn maar mogen buigen. Mogen falen. Ongelukkig zijn.
Hoe oud was ik helemaal: 16. Wist ik veel dat 42 jaar later de bijl er nog inhakt. Hij zei sorry, ik ook, recent. We spreken elkaar best wel vaak. Herinneringen van pijn die we elkaar opgespeld hebben. Toen. Het spijt me. Ik schaam me. We zeggen het. En daarmee smelt het ijswater. En stroomt warm water naar de zee, naar mijn hart, jouw hart. We delen zonder verwachting, onvoorwaardelijk.
Echt oprecht, trouw aan mezelf in deze vriendschap. Twee volwassen mensen met een beschadigd kind. Twee volwassen mensen die elkaar helpen om hun innerlijk kind te helen. Zo wonderbaarlijk mooi.
Ik scharrel niet, ik hip niet. Ik heb lief.
25-02-2023

Versnipperd

Wat blijft er dan nog over?
Versnipperd zijn
Heel zijn
Beiden
Alleen zijn
Verbonden zijn
Beiden
Grijs schemergebied
Helder vogelgezang vroeg
Eindelijk blauw later
Een nat bijtje poetst haar vleugeltjes
Een waaier van wisselende gevoelsmomenten,
leeg, vol, hoog, laag, druk, rustig, rollercoaster, engelendroom, bonkend, plagend, troostend, eeiughkklukarghsh
mijn handen in het water belletjes
ik spreid mijn vingers
ontvlucht boos het bubbelbad waar iets te dichtbij een man geen ruimte geeft
hete stoom, zweten, zwemmen
mijn lichaam gestreeld weten door water
omarmend
verwonderd kijken
voelen weten vragen
Priesteres
meer nog
Opstaan
Wie leidt mij verder
Is er een leraar
Ben ik leerling?
Wie ben ik
Ik
Zelf
Oneindige ruimte
Het ligt niet aan mij, ik zeg het om mezelf eruit te trekken. Uit de energie van een ander. De dynamiek in elke les, dag, oefening, voorval, overal…. anders.
Altijd
Vrij
Van moment tot moment.
Triggers
Ik, als ik het denken volg
Stil
In de angst stappen
Uit de angst stappen
Onderzoek
Door de bodem zakken
Leeg
Vol
Wat zie je er mooi uit. Het is de tweede die het zegt tegen me, nee de derde, mijn moeder zei het ook. Terwijl ik er toch niet veel anders uitzie dan anders denk ik. Ik heb een zwarte broek met een glimmertje erin aan. Een dure broek, betaalbaar in de uitverkoop. Een jasje van vervilte wol, een jasje van Fred Perry, dat ik ooit gekregen heb van een geliefde ex. Een sjaal ook een cadeau van een andere geliefde, met draadjes en kleurtjes…misschien kan er weer een geliefde komen nu ik mezelf leer liefhebben. Die moet dan wel mijn versnippering kunnen omarmen😂😂😂
24-02-2023

Bosbad

Een bosbad in de Horsten, een park bij Wassenaar. Ik liep mee om te ervaren hoe iemand dat begeleidt. Vertragen van je pas, traag, trager, traagst. Het bos bedanken voor het betreden en aanwezig zijn. De bescherming en veiligheid voelen van het bos.
Een wandeling in stilte met stopmomenten voor een meditatie over de lente, al je zintuigen openen, verbinding met jouw boom, een aandachtsmoment, diep luisteren om te zien wat de natuur je kan vertellen. Thee uit het bos drinken en delen.
Ik kreeg het koud, wilde springen en rennen, maar bleef braaf, volgende keer luister ik naar mijn kind en klim in een boom of ga verstoppertje spelen onder de bladeren.
Bosbadderen doe ik al een paar keer per week. Stilstaan en luisteren, voelen, ruiken, proeven en zien buiten in de natuur. Een boom omhelzen en ruiken aan de stam, mijn oor te luisteren leggen. Met blote voeten in het mos en door de bomen slenteren. Naar de lucht kijken en de eerste mugjes zien bewegen in een pril voorjaarszonnetje. De zwiepende hoge bomen in de felle wind en krijsende kraaien boven mij. Een braakbal, veren en botjes. Hertenpootjes en  omgeploegd aarde, zwijnen bedrijvigheid.
Mijn bosbad zal anders zijn, daarvoor zijn we mens in verschillende vormen en kleuren. Ik zal misschien zingen en dansen als een elfje. Mijn voeten in de grond poten en meedeinen op de wind als een eenzame stam, die zich gesteund weet door de stille toeschouwers, diepe wortels van onzichtbare verbinding.
Maar ik zal ook mijn oor te luisteren leggen om de sapstroom van de lente te horen. Ik stond bij een enorme beuk en de tranen sprongen in mijn ogen. Pas toen ik afscheid nam zag ik de donkere streep over de bast. Een huilende boom. Ik raap een klein stukje bast van de bosbodem en warm mijn vingers aan de hete thee. Het is een begin.
20-02-2023

Verschijnen

Zitten in de zon
achter glas
vol verwondering
Een bij zoemt voorbij
houdt even in
en vervolgt zijn vlucht
Drie mannen, nee vier
doen een poging om
een te lange pallet in
een vrachtwagen te krijgen
Het ruikt naar vis
het bitter van de koffie
kan de geur niet overstijgen
Mijn vrije ochtend
markt maillot mueslibroodje
en haarelastieken
De plantenman
heeft niet het verjaardagscadeau
dat ik zoek
Eén flat white is
meer dan genoeg om
mijn hart op hol te brengen
De ogen van de serveerster ook
als ik dat zou willen
15-02-2023

Wandelen

Van A naar B gaan kan geruststellend zijn. Je weet waar je naartoe gaat, onderweg kun je ontspannen en dan kun je zijn, in het hier nu. Dat voelt als een veilige weg tussen twee punten. We stellen doelen en gaan daar naartoe. Elke dag. Korte termijnsdoelen. Lange termijnsdoelen.
Maar wat als je gaat wandelen zonder doel. De ene voet voor de andere zetten en vertrouwen op je voeten. In overgave. Dan ontvouwt het pad zich vanzelf. Waar ga ik heen, hoef je dan niet meer te vragen. Je voeten weten waar ze naartoe gaan. Vertrouwen op je voeten en moeiteloos meestromen met het leven. Je bent onderweg. Waarheen is niet meer doel.
Een ander pad ontvouwt zich. Er zit een suis in mijn kop die wordt groter. Een overprikkelt zenuwstelsel suist door mijn aderen. Vragend om rust, ontspanning. Ik loop al een tijdje zonder te weten waarheen. Het is een weg zonder doel.
Hebben we altijd een doel nodig?
Ik doe iets, werk, een afspraak, een klusje en daarna is er leegte, een stilte, een ruimte.
Ik zoek de voldoening niet in wat ik doe maar in de aandacht waarmee ik het doe.
En in die aandacht ontstaat een innerlijke ruimte. Daartussen zijn nog gedachten, ruimtes met gedachten die trekken, roepen en schreeuwen om aandacht. Daar is het niet stil. Daar zijn oordelen en overtuigingen.
Ik lees: ‘Spirituele oefeningen in welke vorm dan ook, zijn er alleen maar om jou tijd te helpen besparen. Een uitnodiging om op te houden met doen, op te houden met denken, op te houden met plannen maken en dromen. Ze zijn een uitnodiging tot zwijgend één zijn met jezelf. Zij zijn een uitnodiging om de gedachten en daden van je broeder ten opzichte van jou te zien als een spiegel van je eigen gedachten over jezelf. Ze vereenvoudigen de structuur van het leven tot één enkele ademtocht, één enkele handeling. Ze laten je weten dat elke gebeurtenis, elke relatie, elk gebaar van hart en hoofd een voertuig is voor Godsbewustzijn.’   Paul Ferrini
Spiegelen
Lopen
Ruimte innemen
En dat is nog maar het begin.
03-02-2023

Iets met wit

Ik zag lammetjes
Lammetjes in de regen
Een veld vol zwanen
En reigers
Witte reigers overal
02-02-2023

Onderweg in de regen

Het regent en regent en regent. Dat is niet erg zolang ik in de auto zit. Zelfs de file werkt niet op mijn zenuwen. Mmm, misschien de wegpiraten daargelaten. Het betekent wel dat de minuten wegtikken. Afgesnoept van de tijd die ik ingepland had om naar de kringloopwinkel te gaan. Ik parkeer mijn auto, veeg nat blad en voel of mijn fietsbanden nog lucht hebben. Op weg naar mijn vriendin fladdert de regenponcho om me heen, de wind waait de nattigheid tegen mijn benen. We drinken lang genoeg kopjes thee zodat mijn broek droog is als ik mijn weg vervolg. Het wordt al donker en mijn capuchon schuift over mijn ogen, mijn bril beslaat en de poncho zit in de weg. Gelukkig tikt de regen minder heftig en kom ik redelijk droog, maar verwaaid en dampend op mijn logeeradres. Op de tuin is het me iets te nat en koud om te overnachten.

Zondag druipt het nog na. Maar tussen het grijs verschijnen plukjes blauw. We doorkruisen een groen pad door de stad. Dat kan. Langs het water, Marconiplein, dakpark, met groentetuintjes, Delfshaven in, om te landen bij de Sluis, waar de tijd heeft stilgestaan. Het interieur is nog hetzelfde als 30 jaar geleden, net als de uitbater. Gelukkig is het damestoilet wel gerenoveerd, of dat voor de heren geldt weet ik niet.

Het bier van de tap lonkt, ik proef de Brigand en zak na een paar slokken in een donzige nevel. Geholpen door de weldadige warmte om me heen, geroezemoes en sentiment. De kaas en pinda’s helpen niet om helder te worden. De thee erna wel en ik land weer in nuchterheid. De frisse buitenlucht en stevig stappen zorgen voor de rest. Mijn benen worden moe, ik struikel bijna over een richeltje en scheve tegel of is het het alcoholpromillage? 

En dan is de zon terug tegen strak blauw. Warm zelfs, achter glas in ieder geval. Mijn woonkamer schittert in zonneschijn, maar de temperatuur is evenredig gedaald. Ik stook de houtkachel op. Sluit de gordijnen als het donkert en maak pasta. ’s Ochtends ijs op de ramen van mijn auto. Krabben.

Vanmorgen liep ik in het krakende bos. De bevroren blaadjes bezwijken onder mijn trouwe wandelschoenen. Hoelang loop ik daar al in? Eén keer verzoold en rondom geplakt. Leervet erop en ze blijven het doen. Jaar na jaar na jaar. Zien er niet uit natuurlijk. Maar wie taalt daar naar? Ze lopen verrukkelijk. IJshaar, bevroren plassen, paarden in de nevel. Waar ga ik heen?

Het kriebelt van binnen. Na maanden voel ik een andere stroom inzetten. Is het de ondergrondse groei, seizoenswisseling die op handen is. Ik werk me een slag in de rondte aan binnenwerk. Onzichtbaar, ondergronds. Ploegen door opgeslagen dozen, onderdrukte weggestopt met spinrag bedekte herinneringen. Mag weg, maar wel na eerst doorvoeld te zijn. Er doorheen zakken. Door al die angst en twijfel. Hoeveel laagjes al afgepeld. Regen kan niet zonder zon, vreugde niet zonder verdriet. Ik eis mijn plek op. Voetje voor voetje worden kleine stappen groter.

Ooit kocht ik een gouden ring ergens in Zuid Engeland. Ik beloofde mezelf eeuwige trouw. Het pad kronkelde daarna door zeven kleuren, bijzondere smaken, verre uitzichten, oneindige ambachten. Het leek soms een doolhof met versperringen en doodlopend spoor, maar altijd is er weer licht, een nieuwe afslag en uitdaging. Hoever en waarheen dit keer?

19 januari 2023

Onderweg

Het nieuwe jaar begon in stilte en rust op het Franse platteland. Wandelend in de regen, in de wind, in een bleek zonnetje en plotsklaps verrast met een volle nieuwjaarszon waar de lucht openbrak in helder blauw. Begeleid door zwermen vogels die zich herformeren in sierlijke bewegingen. Opgeschrikte fazanten en kwartels die fladderend een ander heenkomen zoeken. Ik verstoor hun rust terwijl ik me in rust bevind. Er is geen weg terug, alleen maar voorwaarts. Ik lees het laatste boek van Raynor Winn. ‘Landlijnen’, zo treffend. Lopen is helend.

Stap na stap. Mijn voeten volgend. Niet alleen elke stap voorwaarts, maar ook elke stap naar beneden de grond in, de aarde onder mijn voeten. Met elke stap laat ik gedachten achter me, komt het lichaam in een gestaag ritme, vertraag, sta stil. Met om me heen dit prachtige glooiende landschap met vergezichten dat ik in mijn hart sluit. Ik voel de temperatuur op mijn handen en gezicht, ik hoor de wind en de vogels, ruik het vocht en het vee en ik kijk vol hernieuwde verwondering. Hoe vaak ik deze weg ook loop, ze verveelt nooit. Ze is altijd nieuw en tegelijkertijd verwarmend herkenbaar als een thuiskomen.

Heb ik op het verkeerde paard gewed? De verkeerde beslissing gemaakt. Dat is niet erg, dat is leerzaam, maar het doet wel een beetje zeer. Er is geen weg terug. Ik dacht, ik pak op waar ik afgehaakt ben, ergens in het navigeren op het levenspad, waar ik koos tussen links, rechts, koos ik voor anders. Ik geef weer kunstlessen met de gedachte dat dat voedend is en dichtbij wat ik zelf wil, kunst maken. Dat is ook zo. Maar het valt me ook zwaar. Niet het bedenken van de lessen, de uitleg, het voordoen, zelf de kwast, het penseel en krijtje hanteren dat heb ik niet verleerd. Zien wat er ontstaat onder de handen van mijn cursisten stemt me ook blij. Wat is het dan wat steunt en piept en weerstand veroorzaakt: het is het mentale stuk. Het onderdeel zijn van een bedrijf. Ik mis mijn eigen toko. 

De afgelopen 20 jaar heb ik me vooral verdiept in bewustzijn. In ontwikkelen, ervaren, voelen, zijn. In de yogalessen kon ik in stilte zijn, in het lichaam, vertalen wat daar gebeurt en daarin begeleiden. Hoe vertaal ik dat in teken- en schilderlessen? Of moet ik dat niet willen? Nu wordt er een beroep gedaan op mijn mentale veerkracht. Ik mis het fysieke en vloeiende, het energetische verbinden. Zal ik ze met hun handen en voeten laten schilderen. Of op muziek werken. Meters papier aan de muur en op de grond en daarover heen bewegen met krijt in beide handen. Waar kan ik de link leggen?

De nieuw aangeboden cursus introductie in tekenen en schilderen loopt vol. De cursus mindful verbeelden blijft akelig stil. Dat zal ik in mijn eigen toko moeten opzetten met gelijk gestemden. Ik heb een flinke snee in mijn duim. Ongelukje bij het hakken van aanmaakhoutjes. ‘Jij doet jezelf pijn’ zegt de Sleutel tot Zelf-Bevrijding. Dat zou zomaar kunnen. Mijn innerlijke Zelf alle ruimte geven, verzachten, vertrouwen, doorgaan. Een weg kiezen die aansluit bij mijn ware innerlijke aard. Ik loop in de regen en maak een cirkel met mijn zielskwaliteiten. Ik loop eromheen. Ik ga erin staan. Mijn hart klopt vrij in mijn borst. De grote stammen van de beuken glimmen van de nattigheid. Alsof ze me toelachen en aanmoedigen. Kom maar. Doe maar. Ik ga mijn ding doen.. Uit mijn keel komen klanken. Ik pak mijn drum en ik zet een rode neus op. Bijna.

10 januari 2023

Scroll naar boven